3. Uitgeblust en opgebrand

Jane schrikt wakker en kijkt op de klok, 23.00 uur. Wat! Ze strompelt naar boven en komt erachter dat haar partner nog steeds niet thuis is. Ze is ineens klaar wakker. Dit is niets voor Johan. Ze pakt haar telefoon en probeert hem te bellen. Zijn telefoon staat uit. Een gevoel van paniek valt over haar. Ze gaat in bed liggen, zonder een oog dicht te doen. Rond 01.00 uur komt Johan zachtjes de trap opgelopen. Jane veert direct op en zegt met boze stem. Waar was jij! Johan schrikt, die had niet verwacht Jane wakker te vinden in bed. Hij stamelt dat het etentje is uitgelopen, maar Jane bekruipt een gevoel dat dit niet klopt en bovendien ruikt ze een luchtje dat ze niet kan thuisbrengen. Voor dat ze het in de gaten heeft, werpt ze Johan voor de voeten. Jij gaat vreemd. Johan duikt de badkamer in, zonder iets te zeggen. Jane pikt het niet en herhaalt met harde boze stem. Jij gaat vreemd. Ze pakt zijn overhemd en jawel, daar zit het luchtje aan. Het bewijs is daar. Johan kan er niet meer onderuit. Alles onder Jane haar voeten zakt weg. Johan komt bedrempeld de slaapkamer ingelopen en duikt onder de lakens. Jane accepteert zijn stilzwijgen niet en vraagt het nogmaals. Johan begrijpt dat hij er niet meer onderuit kan, dat hij door de mand is gevallen en biecht zijn verhaal op. Jane weet niet meer wat ze moet zeggen.

In een flits staat haar leven compleet op zijn kop. Ze stapt uit bed en zegt niets. Compleet overdonderd door het verhaal van Johan. Ze probeert de slaap te vatten in de logeerkamer, maar doet geen oog dicht. De volgende ochtend is Johan al verdwenen, Jane loopt op haar tandvlees en besluit dat ze niet naar haar werk gaat. Ze is aan het einde van haar latijn. Ze belt een vriendin, die onmiddellijk naar haar toekomt. Jane begrijpt het niet. Ze heeft alles voor Johan over, maar nu is alles weg en wat moet ze nu. Haar vriendin geeft goedbedoelde adviezen en adviseert Jane te scheiden. Jane zelf heeft dit al vaker gedacht, maar het denken en doen zijn 2 verschillende dingen. Ze voelt zich verraden, besmuikt, in de hoek gezet, afgedankt als oud vuil. Emoties gieren door haar lijf. Wat nu. Wat nu! Ze weet het niet meer en besluit naar haar moeder te gaan. Ze hoopt dat die haar advies kan geven. Tegen beter weten in, want haar moeder heeft Johan nooit gemogen, afgunst en zoet Jane dus nu eigenlijk letterlijk de drama op. Haar moeder reageert fel. Zie je wel, ik heb het altijd al gezegd, niet te vertrouwen. Weg ermee. Weg ermee denkt Jane, als het zo makkelijk was, dan....

Jane rijdt naar huis, ze kan niet eten, leeft op koffie. Van Johan hoort ze de hele dag niets. Aan de ene kant is ze blij dat de kogel door de kerk is, ze heeft al lange tijd iets gevoeld maar kon haar vinger er niet op leggen. Eindelijk is de waarheid boven tafel. Maar die komt wel snoeihard binnen. Ze wil het niet geloven en duwt gedachten er over weg. Oh ze moet vanavond nog naar een bijeenkomst, flitst door haar hoofd, echter ze laat het los, niets kan haar nog enige vreugde bieden. Jane is met zichzelf in een tijd belandt waarin ze zichzelf heel veel vragen gaat afstellen. Waar is het de mist in gegaan? Waar ben ik te kort geschoten? Als ik er nu maar meer voor Johan zou zijn geweest? Jane legt de schuld bij zichzelf neer van het vreemdgaan van Johan en verandert in een zielig hoopje mens, die zichzelf compleet kwijtraakt door alle gedachten die ze heeft.

Na een paar maanden besluiten Jane en Johan uit elkaar te gaan. Jane is het vertrouwen compleet kwijtgeraakt en is dit nog de enige weg. Er komt veel op haar af en ze was al zo moe. Buiten al het regelwerk om, als het verkopen van het huis, de gesprekken met de advocaat, de verdeling van de inboedel, begint Jane lichamelijke klachten te krijgen. Maar ze kan nu echt niet ziek worden, ze heeft haar werk hard nodig. Ze voelt zich daar nog enigszins gezien, al heeft ze veel moeite met haar collega. Ze probeert zo goed en zo kwaad als het kan, na slapeloze nachten zichzelf naar het werk te slepen. En dan ineens gaat het lampje uit bij Jane.

Ze kan niet meer en belandt met veel hartkloppingen in het ziekenhuis. Gelukkig is er niets ernstigs aan de hand, blijkt, maar wel sprake van oververmoeidheid, depressiviteit en Jane komt thuis te zitten. Zo heeft ze nog meer tijd om te piekeren, wat haar op geen enkele manier goed doet. Alleen Jane weet niet hoe het anders kan. Dit is wat ze kent, doorgaan, wilskracht tonen, jezelf niet belangrijk vinden, voor anderen klaarstaan. Een nieuwe tijd breekt aan voor Jane, alleen weet ze dit zelf nog niet. Lees hoe Jane er bovenop gaat komen, in het vervolg.... Liefs Claire
 
Datum: 26-09-'18

Terug naar overzicht